Raymond Meeus – Antwerp’s timemaster

In een charmant atelier op het 3e verdiep in de Vestigingstraat van Antwerpen, werkt Raymond Meeus al meer dan 30 jaar aan de fijne kunst van het horlogemaken. Zijn atelier, ooit bemand door vier tot vijf specialisten, is nu een bastion van ambachtelijke precisie, waar hij zich volledig richt op herstellingen en restauraties van uurwerken. Met maar liefst zestien certificaten op zak, behoort hij tot de top van de Belgische horlogemakers.

Een vakman met een visie

Meeus is een expert in de herstelling en restauratie van prestigemerken als Omega, Cartier, Breitling, Jaeger-LeCoultre, TAG Heuer, IWC, Montblanc, Rado, Longines, Tissot en Baume et Mercier. Toch maakt hij zich zorgen over de toekomst van zijn ambacht. “Er gaat veel fout bij het eerste contactmoment in de juwelierszaak,” zegt hij. Volgens Meeus missen verkopers vaak de nodige technische kennis, waardoor klanten verkeerd geïnformeerd worden. Een grondige opleiding in vakjargon zou niet alleen de service verbeteren, maar ook het vakmanschap beter doen waarderen. Een andere zorg: de afschaffing van de vestigingswet. “Iedereen kan zich nu horlogemaker noemen, zonder opleiding of ervaring.” Dit ondermijnt volgens hem de authenticiteit van het beroep.

Wat is de vestigingswet nu ook alweer?
De Vestigingswet was een Belgische wet uit 1958 die bepaalde dat men voor sommige beroepen, zoals dat van horlogemaker, specifieke beroepsbekwaamheden moest aantonen om als zelfstandige te mogen werken. Ook vereiste de wet een basiskennis bedrijfsbeheer voor elke handelaar. In 2017 schafte de Vlaamse Regering deze wet af, in lijn met Europese regels die een gelijke toegang tot ondernemerschap in alle lidstaten vereisen. Dit moest ondernemerschap stimuleren en administratieve barrières verlagen. Aan de sectorfederaties werd gevraagd zelf te zorgen voor kwaliteitsbewaking via labels en opleidingen.

Is dat een goede zaak?
De drempel is verlaagd, maar is dat wenselijk? Moet een horlogemaker – net zoals een chirurg of architect – niet over de juiste diploma’s beschikken? Of volstaat ervaring en passie?

Jong talent en een familie-erfgoed

Horlogemaken is meer dan een vak: het is een passie die generaties verbindt. Raymonds grootvader was uitvinder, zijn vader ingenieur. Nu treedt zoon Loïc in zijn voetsporen. Hij volgde een topopleiding bij Wostep in Zwitserland. Tijdens de paasvakantie werkte hij met zijn vader in het atelier, met een focus op vintage horloges – een niche waarin vakmanschap en erfgoed samenkomen. “Een horloge is meer dan een accessoire, het is een stukje geschiedenis,” aldus Raymond.

De toekomst van de horlogerie

De sector verandert. Terwijl grote juweliers steeds vaker herstellingen aanbieden zonder de nodige expertise, pleit Raymond voor een herwaardering van kleine gespecialiseerde ateliers. “Klanten moeten weten waar ze terechtkunnen: bij de echte specialisten en niet zomaar bij een verkoper.” Op internationaal vlak zijn er ook veelbelovende ontwikkelingen. In Genève vindt in het najaar een beurs plaats waar kleine manufacturen, zoals Christopher Ward, steeds meer erkenning krijgen. Ook technieken zoals het guillocheren van wijzerplaten – een traditionele graveermethode – tonen dat het ambacht blijft evolueren.

Restauratie vs. herstelling

Veel mensen verwarren een herstelling met een restauratie. Raymond legt uit: “Zijn wisselstukken beschikbaar, dan is het een herstelling. Zijn ze zeldzaam, dan spreken we van restauratie.” Dit onderscheid helpt klanten begrijpen waarom het soms langer duurt.

Meeus blijft investeren in de toekomst met een nieuwe website, een bedrijfsfilm en een reportage op Kanaal Z. Toch verandert één ding niet: zijn passie en precisie. “Een horlogemaker moet respect hebben voor tijd,” zegt hij. Dat is precies wat Raymond Meeus doet: tijd respecteren en bewaren.